Een hondenbeet is iets waar niemand op zit te wachten. Helaas gebeurt het nog maar al te vaak dat mensen gebeten worden of dat hun hond verwond wordt door een andere hond. Dat een hond flinke schade kan veroorzaken met zijn beet, en in sommige extreme gevallen zelfs de dood, is bij de meeste mensen wel bekend. Maar wat weten we eigenlijk precies over de verschillende niveaus, of levels, waarop een hond kan bijten? En wat zijn de belangrijkste factoren die van invloed zijn op het bijtniveau van de individuele hond?
Laten we eerst eens kijken naar de hierboven genoemde bijtniveaus. Dr. Ian Dunbar was de eerste die een dergelijk hiërarchisch systeem ontwikkelde. Deze ‘Dog Bite Scale’ bestaat uit zes verschillende levels en is gebaseerd op een objectieve evaluatie van diverse bijtwonden.
De inmiddels overleden dierenarts en gedragsdeskundige Sophia Yin heeft enkele jaren geleden een herziene versie van deze schaal uitgebracht. Hieronder volgt een overzicht en een korte inhoudelijke beschrijving van de zes levels.*
Level 1 (waarschuwings-beet): De hond ‘snapt’ of maakt een happende beweging, maar maakt hierbij geen contact met de persoon. Sommige mensen denken dat de hond hen daadwerkelijk probeerde te bijten en dat hij hierin niet geslaagd is omdat zij zich snel genoeg buiten het bereik van zijn bek wisten te begeven. In werkelijkheid heeft de hond echter heel bewust in de lucht gehapt. Honden kunnen razendsnel reageren, vaak veel sneller dan mensen, en volgens Yin zou de hond heus wel hebben gebeten indien dat zijn bedoeling was geweest.
De eigenaren van de in de lucht happende hond moeten dit opvatten als een signaal dat er niet goed gelet is op eerdere tekenen van onvrede of angst bij de hond. Zij doen er goed aan hulp te zoeken voordat de waarschuwings-beet zich kan ontwikkelen tot een werkelijke beet. Men kan de hond in ieder geval beter niet bestraffen als hij deze waarschuwingssignalen afgeeft, omdat hij dan wel eens zou kunnen gaan bijten zónder waarschuwing vooraf. In plaats daarvan kan men beter proberen de tekenen van angst en/of spanning die de hond zeer waarschijnlijk vertoonde eerder op te merken. Daarnaast is het van belang kennis op te doen over de verschillende gedragingen die in de ogen van de hond bedreigend of ongepast zijn en die zouden kunnen bijdragen aan het afgeven van een ‘waarschuwings-hap’. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de manier waarop een hond begroet wordt.
Level 2 (de bijna-beet of hoog geïnhibeerde beet): De hond valt uit en maakt met zijn tanden contact met de huid zonder een beschadiging te veroorzaken. In de meeste gevallen rent of springt hij naar een persoon toe maar laat alleen zijn voortanden tegen de huid komen als een soort bijna-beet. Het komt echter ook voor dat de hond zijn mond daadwerkelijk opent en zich vastklampt. Dit doet hij echter op een ingehouden manier, zodat er geen huid wordt beschadigd. Eigenaren moeten zich bij dit bijtniveau tevens afvragen welke eerdere waarschuwingssignalen zij eventueel gemist hebben. Daarnaast moeten zij zich realiseren dat de bijna-beet, of geïnhibeerde (ingehouden) beet, zich uiteindelijk kan ontwikkelen tot een echte beet.
Level 3A: De hond bijt éénmaal en veroorzaakt hierbij een verwonding, maar dit gaatje is korter dan de lengte van zijn hoektand. Hoewel de beet niet al te ernstig is, kan hij wel pijnlijk zijn. Wanneer de hond op dit niveau heeft gebeten, zal hij altijd als een risico worden beschouwd. Zelfs als zijn gedrag 99,9% verbeterd is door middel van gedragsmodificatie.
Level 3B: De hond bijt meerdere keren waarbij gaatjes in de huid achterlaat die korter zijn dan de helft van de hoektand. Meerdere beten houden over het algemeen in dat de hond in een meer opgewonden staat verkeerd. De hond reageert immers zonder na te denken tussen de verschillende beten.
Level 4: De hond bijt éénmaal en laat wonden achter die dieper, of langer, zijn dan de lengte van de hoektand (de hond beet en hield vast) óf de beet laat sneeën achter aan beide kanten van het bijtgat. Dit duidt erop dat de hond gebeten heeft en daarna zijn hoofd heeft geschud.
De beten op de voorgaande niveaus dienen voor de eigenaren vooral als waarschuwingssignaal (in neonletters) dat er professionele hulp nodig is. Een beet op niveau 4 geeft echter aan dat zij al veel eerder hulp hadden moeten inschakelen, misschien zelfs jaren eerder. Deze beten zijn veel lastiger dan een beet op level 3; er is geen terughoudendheid in de hoeveelheid kracht die er gebruikt wordt. Een hond die zich op dit niveau bevindt, betekent een zeer groot risico voor de eigenaren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de financiële gevolgen of de veiligheid van familieleden. Maar het ergste is misschien nog wel dat de hond een kind kan doden met deze manier van bijten.
Level 5: De hond bijt meerdere malen en laat diepe verwondingen achter. Honden die op dit niveau bijten hebben al ervaring met beten op de levels 3 en 4. Sommige honden zijn zo angstig in bepaalde situaties dat zij door hun hoge mate van opwinding als het ware vast komen te zitten in een reactieve modus waarbij ze achter elkaar hard blijven bijten.
Level 6: De hond doodt het slachtoffer of consumeert zijn vlees. Het is heel belangrijk dat men zich realiseert dat zelfs kleine honden en puppies hard genoeg kunnen bijten om een baby of klein kind te doden. Een hond kan bijten uit angst maar bijvoorbeeld ook tijdens een uit de hand gelopen spelletje waarbij hij te opgewonden werd!
De Bijtrem
U vraagt zich nu waarschijnlijk af welke factoren bepalen hoe hard een hond uiteindelijk zal bijten. In dit kader zal ik u het een en ander vertellen over de bijtrem. Deze bijtrem bepaalt hoe diep en hoe hard een hond bijt. Zoals u hierboven hebt kunnen lezen, zijn er beten die alleen wat speeksel achterlaten maar ook beten die diepe wonden veroorzaken en zelfs de dood tot gevolg kunnen hebben.
De bekende Amerikaanse hondentrainster Jean Donaldson spreekt in dit geval over de Aangeleerde Bijtrem (AB). Volgens haar is dit de beste en meest significante voorspeller van de ernst van toekomstig bijtgedrag. De bijtrem is volgens Donaldson het belangrijkste element in geritualiseerde agressie. Bij rituele agressie worden er bepaalde symbolische handelingen uitgevoerd ter voorkoming van letsel bij onderlinge conflicten. Echte agressie is in de natuur immers vrij kostbaar; het betekent onder meer een verlies van energie en tijd. ‘Normale’ honden maken bij deze symbolische handelingen gebruik van hun houding en gezichtsuitdrukking. Daarnaast grommen, happen en bijten zij met verminderde kracht en op een veel speelsere manier dan als er sprake zou zijn van een echt gevecht.
Honden worden niet geboren met een zogenaamde ‘zachte bek’. Zij kunnen echter wel leren hun bek op een zachte manier te gebruiken. Een van de belangrijkste voorwaarden hiervoor is “dat er heel veel terugkoppeling wordt gegeven omtrent de kracht van hun bijten gedurende de eerste maanden van hun leven”. Het is dus heel gezond, normaal en zelfs hoognodig dat pups allerlei bijtspelletjes spelen in hun vroege leventje. Hieruit blijkt maar weer hoe belangrijk de opgedane ervaringen tijdens de (vroege) nestperiode zijn; juist door te spelen met zijn broertjes en zusjes leert de pup zijn bijten te doseren. Zij oefenen de bijtspelletjes steeds opnieuw met elkaar en zodra er een pup te hard bijt, wordt het spel stil gelegd. Het bijtertje leert dan dat te hard bijten negatieve consequenties heeft en zal minder geneigd zijn dit gedrag te herhalen. De moeder speelt hierbij natuurlijk ook een grote rol; zij laat duidelijk blijken dat zij niet gediend is van een te hard gebruik van die vlijmscherpe tandjes en zal de betreffende pup direct corrigeren middels een snauw of een goed geïnhibeerde ‘beet’.
De gevolgen voor pups die zonder moeder of zonder nestgenootjes opgroeien (bijvoorbeeld pups die te vroeg uit het nest gehaald worden) kunnen dus groot zijn; zij leren niet hoe zij hun bek op de juiste manier moeten gebruiken en lopen kans een slechte bijtrem te ontwikkelen! Als we ervan uitgaan dat de pup normale nestervaringen heeft opgedaan, hoe zit het dan met het gebruik van zijn bek op mensen als hij eenmaal bij zijn nieuwe gezin is? Vroeger werd er gedacht dat men de pup beter kon leren zijn bek helemaal niet te gebruiken tijdens, bijvoorbeeld, een stoeispelletje. Echter, juist door het bijten te vroeg te onderdrukken, loopt men kans dat de pup onvoldoende terugkoppeling krijgt over de sterkte van zijn kaken. Het gevolg is ook nu weer dat hij zal opgroeien met een harde bek. Door het bijten of happen gedoseerd toe te staan, leert men hem waar de grenzen liggen; het is immers de bedoeling dat hij zijn bijtkracht leert beheersen. Uiteindelijk is de hoeveelheid bijtkracht die een hond uitoefent de belangrijkste voorspeller van de ernst van toekomstig bijtgedrag, niet de hoeveelheid bloed die een verwonding veroorzaakt.
Het is dus beter de bijtspelletjes van een pup zelf te initiëren en aan te moedigen zodat men hem informatie kan geven over zijn eigen kracht. Dit doet men bijvoorbeeld door heel hard ‘auw!’ te roepen en het spel te onderbreken zodra de pup met teveel druk begint te bijten. Maar let op: laat dit soort spelletjes nooit aan kinderen over! Kleine kinderen en pups vormen wat dat betreft een gevaarlijke combinatie. Als een pup te opgewonden raakt door de aanwezigheid van een kind, moet dit kind dan ook direct plaatsmaken voor een volwassene.
Hoewel er is aangetoond dat het nagenoeg onmogelijk is de aangeleerde bijtrem te veranderen als de hond eenmaal volwassen is, vindt Donaldson het een goed idee om ook bij volwassen honden de bijtremming te blijven oefenen door regelmatig zijn gebit te controleren, hem uit je hand te voeren, zijn tanden te poetsen en door gecontroleerde, weloverwogen stoeipartijtjes.
Rehabilitatie
Op basis van de bijtrem en het bijtverleden van een hond kan men een redelijke inschatting maken over hoe hard een hond in de toekomst eventueel zal bijten. Oftewel; als een hond bij gevechten slechts oppervlakkige wonden bij zijn tegenstander heeft veroorzaakt, is de kans groot dat hij een toekomstige tegenstander ook geen al te ernstige schade zal toebrengen.
Dit is vooral van belang omdat het iets zegt over de kans op een geslaagde rehabilitatie van, bijvoorbeeld, een hond die vaak andere honden aanvalt. Het risico van een beet is tijdens en na de rehabiliteren erg groot, maar als de aangeleerde bijtrem ‘goed’ is, kan men het tempo van de rehabilitatie opvoeren en is het niet nodig de hond constant een muilkorf om te doen. Met een hond met een slechte bijtrem (vanaf level 3) zal veel voorzichtiger moeten worden omgesprongen. Zelfs wanneer het probleemgedrag is opgelost, is het niet 100% zeker dat een hond de rest van zijn leven niet meer zal bijten. U begrijpt; het is van levensbelang dit soort zaken heel grondig én zorgvuldig aan te pakken.
*Hoewel deze schaal is opgesteld om het niveau en de ernst van een hondenbeet bij een mens te bepalen, kan deze ook gebruikt worden om iets te zeggen over een verwonding die een hond bij een andere hond veroorzaakt heeft. Er is tot op heden helaas nog geen gedegen onderzoek gedaan naar eventuele verschillen in de manier waarop een hond een mens of een andere hond bijt.