“What the Dog Knows” is helaas (nog) niet in het Nederlands vertaald, waardoor dit boek waarschijnlijk niet door een heel breed publiek gelezen zal kunnen worden. Toch is het zeker een recensie waard; het betreft een onderwerp waar niet veel over geschreven wordt en waar best wat meer over bekend mag worden. Natuurlijk hebben we allemaal wel eens gehoord over honden die lijken opsporen (kadaver honden) maar slechts weinig mensen weten wat dit werk precies inhoudt of hoe bijzonder de samenwerking tussen de hond en zijn ‘handler’ eigenlijk is.
Cat Warren besloot hier verandering in te brengen. Zij begon haar carrière als journaliste en schreef voor verschillende kranten in de Verenigde Staten artikelen over zaken als misdaad, politiek, armoede en milieu. Toen zij halverwege de dertig was, besloot zij de boeg om te gooien en behaalde zij haar doctoraat aan de universiteit van Illinois. Tegenwoordig is zij universitair hoofddocent aan de North Carolina State University, alwaar zij onder meer les geeft in verslaggeving en wetenschapsjournalistiek. Haar grootste hobby naast het werk voor de universiteit is werken en trainen met haar kadaverhond Solo. Eigenlijk is zij hier bij toeval ingerold.
Solo, haar derde Duitse Herder, bleek een erg enthousiaste, leergierige en energieke hond. Deze energie bracht hem echter ook in de problemen omdat deze zich uitte in niet heel wenselijk gedrag. Ondanks alle pogingen van Warren was normale gehoorzaamheidstraining niet bepaald zijn ‘ding’. Een vriendin van haar stelde voor te proberen zijn energie in goede banen te leiden door hem aan het werk te zetten. Zo kwamen Warren en Solo uiteindelijk terecht bij het opsporen van menselijke lichamen (of delen daarvan).
In “What the Dog Knows”, Warren’s eerste boek, beschrijft zij dit hele proces, beginnend bij de geboorte van Solo als enige pup in het nest. De persoonlijke benadering zorgt ervoor dat je als lezer direct betrokken bent bij Solo’s verhaal. Het is echter bij lange na niet het enige verhaal dat verteld wordt in dit boek. Zij wisselt de anekdotes over haar avonturen met Solo af met indrukwekkende verhalen over andere ‘handlers’ en hun honden en met beschrijvingen over de geschiedenis en de wetenschap achter het politiewerk met honden. Daaruit blijkt maar weer wat een boeiend en veelzijdig onderwerp dit is. Warren zoekt alles grondig uit en weet op die manier over de kleinste details interessante feiten te vermelden. Tegelijk rekent zij af met enkele hardnekkige mythes en onwaarheden zoals wij die dikwijls tegenkomen in de wat meer populaire literatuur.
Het enige ‘minpunt’ van het boek is dat er soms wel erg wordt uitgeweid over bepaalde zaken, waardoor het lijkt alsof Warren afdwaalt van het verhaal dat zij op dat moment aan het vertellen is. Het is haar vergeven; ze is overduidelijk zeer enthousiast over dit onderwerp en daarin kunnen we allemaal wel eens een beetje doorschieten.
De hoogte- en dieptepunten die zij beleeft met Solo en de manier waarop Warren uiting geeft aan haar eigen gevoelens en gedachten zorgen ervoor dat het boek op sommige momenten bijna leest als een roman. Ik heb mezelf een aantal keer betrapt op kippenvel, zoals op het moment dat zij en Solo hun eerste lichaam vinden. Toch wordt Warren nergens sentimenteel; ze blijft altijd realistisch en helder van geest. Het vleugje humor en de intelligentie waarmee alles beschreven wordt, maken dit boek een feest om te lezen. Het zou een Nederlandse vertaling meer dan waard zijn.
Cat Warren
“What the Dog Knows. The Science and Wonder of Working Dogs”
ISBN 9781451667318
Uitgeverij Touchstone
332 pagina’s
€ 22,99
www.catwarren.com